Nieuws "Agent in opleiding moet vaker de praktijk in"

"Agent in opleiding moet vaker de praktijk in"

Gepubliceerd op: 20 oktober 2015

In de opleiding tot politieagent moet meer ruimte komen om praktijkervaring op te doen. Dat stelt wijkagent Bennie Beuvink uit Enschede. In een artikel van Stichting WEP vertelt hij dat zijn werk niet alleen iets magisch heeft, maar ook van groot belang kan zijn. Vanwege de ervaringen van de wijkagenten zouden juist zij vaker in de frontlinie moeten staan bij incidenten.

Beuvink werd bekend door het boek ‘De magische wereld van de wijkagent’, waarin hij schreef over alledaagse zaken waar hij en zijn vakgenoten mee te maken krijgen. Met zijn ervaringen stelt hij dat de wijkagent vaker ingezet zou moeten worden. “Onlangs werd in Amsterdam het Maagdenhuis bezet door studenten. Wie zou jij erop af sturen als politie? De hoogste chef van de eenheid, hoe goed die ook is? Natuurlijk niet! De wijkagent. Hij weet wat er speelt, kan praten, kan luisteren. Als de situatie erom vraagt en het echt uit de hand loopt kun je tot de hoogste politiechef opschalen.”

Om meer gevoel moet het werk te krijgen zouden jonge agenten ook vaker de straat op moeten. “Ga bijvoorbeeld mee met een wijkteam als er onrust is. Zie hoe je in de praktijk, door te luisteren en creatief te zijn, zonder direct het strafrecht erbij te betrekken, tot oplossingen kunt komen. Dat leer je niet alleen in het klaslokaal.” Beuvink stelt dat je minimaal twee jaar fulltime in een wijk moet zijn om deze echt te leren kennen.

De wijkagent uit Enschede wordt geroemd om zijn aanpak. Zo wist hij de kwaliteit van leven in een zogenaamde Vogelaarswijk flink te verbeteren. “In het buitenland zie je nog wel eens een afstand tussen burgers en de politie, een gereserveerdheid. Die zie je bij ons niet.” Inmiddels ligt het tweede boek van Beuvink in de winkel, deze draagt de titel ‘De kracht van de wijkagent’.

Het boek is te bestellen bij Bol.com



Mail de redactie


Instagram