Nieuws

Luchtmacht oefent medische evacuatievluchten

Gepubliceerd op: 13 november 2014

Zieken en gewonden door de lucht verplaatsen. Daar draaide het tijdens de oefening Joint Medical Modules allemaal om. Medisch personeel van de Koninklijke Luchtmacht en Belgische krijgsmacht oefenden in gecombineerde teams de skills & drills, nodig voor hun levensreddende werk.

Eerst was er de theorie op Vliegbasis Eindhoven. Daarbij kwamen Patient Movement Request (PMR)-procedures, configuratie (het opbouwen en inrichten van de vliegtuigen met medische apparatuur) en medisch inhoudelijke zaken aan bod. Daarna was het tijd voor het echte werk. De crews, een met een C-130 Hercules transportvliegtuig en de ander met een Belgische Embraer, moesten een Aeromedical Evacuation (AE)-evacuatievlucht uitvoeren.

Reanimatie

In een hectisch, maar gestroomlijnd samenspel van vliegers en loadmasters, flight nurses en artsen, anesthesiologen en intensive care-verpleegkundigen dienden verschillende (oefen-)gewonden zo goed mogelijk te worden ingeladen en verzorgd. Alle apparatuur zat aan boord van de vliegtuigen, maar desondanks was het alle hens aan dek: de medische crew kreeg te maken met allerlei problemen, uiteenlopend van overgevende patiënten tot bloedingen en een hartstilstand.

"Crews zijn tijdens de vluchten op zichzelf aangewezen", legde trainingsleider kapitein Didacus Beeloo uit. "Een groot deel van de tijd vliegen we boven water of onherbergzame gebieden en is landen geen optie." Dat crews, internationaal samengesteld of niet, goed op elkaar zijn ingespeeld is dan ook essentieel. Dat Belgen en Nederlanders, die al op veel vlakken samenwerken, ook hier toenadering zoeken is niet verwonderlijk.

Minder speelruimte

"Doordat we dezelfde taal spreken en voor een groot deel hetzelfde denken en handelen, gaat het samenwerken ons goed af", verklaart een Belgische verpleger. Hij vindt de oefening nuttig, vooral leren werken met elkaar en elkaars materiaal. "De C-130 van de Nederlanders is wat groter en heeft minder speelruimte wat betreft de inrichting. Bovendien reageert elk type toestel anders. De C-130 remt en start hard. Binnen is het lawaaiig en donker. Allemaal belangrijke factoren."

Stresses of flight

Hij doelt op de stresses of flight. Dat zijn specifieke karakteristieken van elk type vliegtuig en/of helikopter, die zorgen voor andere fysiologische effecten op de patiënten. Daarmee moet in de voorbereiding en uitvoering van de missie rekening worden gehouden. "Door samen te oefenen, raken we bekend met elkaars werkwijze en materiaal. Mochten we in de toekomst ooit samen een missie uitvoeren - en dat is zeker niet ondenkbaar - dan zijn we er goed op voorbereid”, aldus de Belg.

Bron: Ministerie van Defensie